Uittreksel 2: Waanzinnige Wachters
Wanneer we incarneren op planeet Aarde dan is het belangrijk dat het lichaam levend blijft. Anders is het menselijke spel gedaan nog voor het begonnen is ☺. Daarnaast is het lichaam zo’n complex ding dat het teveel tijd en energie zou kosten om te moeten denken aan elke functie (zoals spijsvertering) of beweging (zoals het bewegen van een vinger).
Dat is waarom we een “batterij robotjes” hebben die deze zaken regelen. Het is zoals een autofabriek: nadat de robotten geprogrammeerd zijn om bepaalde acties in de assemblagelijn uit te voeren, doen ze dit automatisch 24 uur per dag. M.a.w. deze robotjes zijn er, zodat we niet aan elke actie of reactie hoeven te denken.
De robotjes die verantwoordelijk zijn voor onze overleving noem ik de “waanzinnige wachters”. Ze zijn geprogrammeerd om uit te kijken voor gevaar. En wanneer ze gevaar hebben opgemerkt, verdedigen ze ons door in de verdediging of in de aanval te gaan, of door weg te lopen (naargelang wat op dat moment de beste oplossing lijkt). Zij leven in de uitkijktoren.
Je zou dus kunnen zeggen dat de uitkijktoren het uiteinde van de voelspriet is van een insect. De kleine haartjes op de voelspriet zijn de waanzinnige wachters.
De waanzinnige wachters zijn soldaten in een uitkijktoren die direct de geweren laden wanneer ze iets opmerken dat een bedreiging zou kunnen opleveren. Aangezien er enkel de nood is om aan te vallen, te verdedigen of weg te lopen wanneer er angst is voor iets, noem ik dit het op-angst-gebaseerde spel.
De uitkijktoren met zijn leger van robotjes, de waanzinnige wachters van het op-angst-gebaseerde spel, is wat vaak het ego wordt genoemd. Dus als je liever die term gebruikt in de rest van het boek, doe dat dan gerust.
De uitkijktoren heeft dus eigenlijk een heel belangrijke functie: het helpt het lichaam om te overleven.
Wat is dan het probleem?
De uitkijktoren is slechts een deel van ons, maar we hebben ons er mee geïdentificeerd. Het is alsof het insect denkt dat het de voelspriet is. Hoewel de voelspriet slechts een klein deel is, denkt het insect dat de voelspriet alles is wat er is.
Op dezelfde manier hebben we ons geïdentificeerd met het leger van waanzinnige wachters dat permanent op de loer ligt voor gevaar. M.a.w. we denken dat we het kleinere deel zijn i.p.v. de grotere entiteit die we eigenlijk zijn.
De tijd is aangebroken om onszelf wat rust te geven en om een “lichter” leven te beginnen leiden (en bijgevolg ver-licht te worden ☺). Hoe? Door aan de ene kant onszelf opnieuw te identificeren met het grotere geheel (waarmee we verbonden zijn in ons centrum), en door aan de andere kant de robotjes een andere rol te geven: niet meer op angst gebaseerd, maar op liefde. M.a.w. om de waanzinnige wachters te transformeren in blije barden.
Wanneer we ons niet langer identificeren met de uitkijktoren, kunnen we ons opnieuw beginnen identificeren met de schepper (“creator”) die we zijn.
Lees meer uittreksels.